Rust is wel zo’n beetje mijn meest gehate woord als het op mezelf moet slaan. Rust is een steeds terugkomend verplicht nummer dat ik in het dagelijks leven nog wel redelijk goed in kan passen maar bij stedentrips gaat dat vaak niet zo gemakkelijk.
Afgelopen week schreef ik al dat ik (weer) in Londen was geweest. Een heerlijk tripje dat ik vaak aan het einde van het jaar mag maken. Zo’n stedentrip is toch wel heel anders dan een gewone vakantie waarin er vaak veel meer gelegenheid tot rust is: in de schaduw, aan het strand, op een terrasje, aan het zwembad. Het is dan ten slotte vaak zomer en dus heerlijk warm. Stedentrips … zijn druk: letterlijk en figuurlijk. In de winter is het ook nog eens koud dus geen bankje in het park. Vaak loop je er heel wat kilometers aan af en ga je – als je vrouw bent (of modegevoelige man) – ook nog regelmatig shoppen en passen.
Vaak neem ik voor de zekerheid mijn rolstoel mee naar Londen. Dit jaar niet. Mijn broer is onlangs naar Londen verhuisd en er stonden nog heel wat spullen hier in NL opgeslagen. Omdat we met de auto naar Londen gingen hebben we heel wat spullen meegenomen. De auto zat dus zo vol dat het niet meer zo makkelijk was de rolstoel mee te nemen. Die beslissing heb ik ook bewust gemaakt. ‘Doe de spullen maar …’ Toch heb ik me daar tot op het laatst wel enigszins zorgen om gemaakt. Mijn voornaamste back-up viel weg. Een rolstoel huren in Londen is wel mogelijk maar ook erg duur. Voor een dag of 4 moet je toch wel aan zo’n 100 euro denken. Een bedrag wat ik niet zomaar kan missen dus niet een keuze die ik zomaar maak.
Al op de tweede dag was ik ’s ochtends helemaal kapot – en dan te bedenken dat de eerste dag een reisdag was waarin ik amper iets anders heb gedaan dan op m’n luie reet zitten! Wel had ik de nachten voor ons vertrek niet zo best geslapen en daarom enorm last van slaapgebrek. Niet goed slapen betekent geen uitgeruste longen. Een zeer slechte start dus!
’s Ochtends zaten we al vrij snel bij een koffiezaakje omdat ik echt moest bijtanken. Ik had me voor mijn gevoel letterlijk door de Debenhams gesleept terwijl ik vaak toch wel extra energie krijg als ik leuke kleren zie (echt? hahaha). Ondertussen zaten we al een beetje te filosoferen over de rolstoelhuur waar ik waarschijnlijk toch niet onderuit kwam. Misschien konden we op mijn broertjes naam eentje halen bij het ziekenhuis bij hem om de hoek?
Wonderwel kwam ik die eerste dag toch nog redelijk door en heb ik zelfs een paar tasjes gescoord. Die nacht sliep ik gelukkig stukken beter en de volgende ochtend voelde ik me zowaar verfrist na de heerlijke hoteldouche. We namen de DLR en besloten rond een uur of drie terug te zijn in het hotel. Rolstoel of geen rolstoel, die rust blijft ontzettend nodig. Rondlopen in een grote stad van 9 uur ’s ochtends tot 9 uur ’s avonds is gewoonweg geen optie meer voor mij. Elke middag verbleven we ergens tussen 15 en 18u zo’n 1,5 – 2 uurtjes in het hotel. Ik lig dan sowieso plat en probeer soms wat te slapen. Op die manier ben ik weer enigszins opgefrist voor deel 2 van de dag. Dit schema leek te werken en voor we het wisten waren we al bij de laatste dag aanbeland zonder rolstoel. Wauw, ik was trots.
Op die een-na-laatste dag (Oudejaarsdag dus een héle lange dag) besloot ik nog wat Tylenol te nemen (wat ik van mijn Canadese ziekenhuisavontuur had overgehouden). En ’s avonds hebben we gebruik gemaakt van de sauna en de stoomcabine in het zwembad. Wat voelde ik me ineens goed! Ik kon het niet geloven … waren het de medicijnen (die eigenlijk hetzelfde zouden moeten zijn als de NL paracetamol die nooit een enkel effect lijkt te hebben) of was het soms de stoom in de sauna? Ik weet het niet en misschien zal ik het wel nooit weten, maar met een goede planning, voldoende rust, wat medicatie voor noodgevallen en wat heerlijk warme stoom kom je soms toch een heel eind!